Notizen zu dieser Person
Vanaf 1948 tot 1950 was hij assistent en hoofdassistent bij de algemene geschiedenis aan de Leidse universiteit. In 1949 promoveerde hij tot doctor in de letteren en wijsbegeerte (cum laude) op het proefschrift: "Drie boerenopstanden in de veertiende eeuw". Een jaar later werd hij lector in de mediaevistiek in Leiden. Bij Koninklijk Besluit is hij benoemd tot buitengewoon hoogleraar van de faculteit letteren en wijsbegeerte, om onderwijs te geven in de vaderlandse en algemene geschiedenis van de middeleeuwen en gelijktijdig eervol ontslagen als lector aan de Rijksuniversiteit in Leiden. De benoeming zou ingaan op de dag dat hij zijn ambt zal aanvaarden tot en met 20 september 1959. Met ingang van 21 september 1959 werd hij benoemd tot gewoon hoogleraar in de letteren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit in Utrecht. werken: * Drie boerenopstanden in de veertiende eeuw. Haarlem, 1949. * Ridderkrijg en Burgervrede, West-Europa aan de vooravond van de honderdjarige oorlog. Haarlem, 1959. * Floris V. Bussum, 19.. * Floris V: vermoord en getekend (bewerking van de laatste drie hoofdstukken van Floris V) * Middeleeuwen, tussen Erasmus en heden. Amsterdam, 1986.